25. Omgevingsrecht – Crisis- en herstelwet

De Crisis- en herstelwet (afwijkingen van de Awb, ontwikkelingsgebieden en projectuitvoeringsbesluit)

***

In dit hoofdstuk gaan we kort in op de Crisis- en herstelwet (‘Chw’).

De Crisis- en herstelwet

De Chw dateert van 2010. Ze was aanvankelijk bedoeld om tijdelijk te voorzien in eenvoudiger procedures voor bouwprojecten. Dat teneinde een economische impuls te geven aan de bouwsector die door de crisis in zwaar weer was komen te verkeren. Inmiddels is de Chw voor onbepaalde tijd verlengd (zie de ‘Wet ‘Permanent maken Crisis- en herstelwet‘ van 28 maart 2013).

De Chw is intussen een ‘uitgeklede’ wet. Delen ervan zijn opgenomen in andere wetten (zoals de ‘lex silencio positivo’, oftewel de ‘van rechtswege verleende vergunning’, die is opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht (‘Awb’)). Op andere terreinen heeft de Chw zelfstandige betekenis gehouden.

We gaan hier vooral op de Chw in voor zover ze belangrijke afwijkingen kent van de Awb.

Afwijkingen van de Awb

In afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Chw wordt op punten afgeweken van de standaard regelingen en procedures van de Awb. Deze afwijkingen gelden uitsluitend voor de besluitvorming met betrekking tot bepaalde soorten projecten. Op die projecten gaan we later in. Hieronder volgen eerst de afwijkingen.

Afwijkingen

De afwijkingen van de standaard regelingen en procedures van de Awb zijn onder andere de volgende (behoudens uitzonderingen):

  • de bestuursrechter behandelt het beroep met betrekking tot besluiten versneld,
  • er kan geen pro forma beroep worden ingesteld (de gronden van het beroep moeten direct in het beroepschrift worden opgenomen),
  • na afloop van de beroepstermijn kunnen geen beroepsgronden meer worden aangevoerd,
  • de bestuursrechter doet binnen zes maanden na afloop van de beroepstermijn uitspraak.

Dit alles geldt ook in hoger beroep.

Projecten

De genoemde afwijkingen gelden uitsluitend met betrekking tot:

  1. bepaalde categorieën van ruimtelijke en infrastructurele projecten,
  2. bestemmingsplannen (en nadere uitvoeringsbesluiten) die betrekking hebben op ontwikkelingsgebieden in de zin van de Chw
  3. projectuitvoeringsbesluiten in de zin van de Chw.

Ad 1. De bepaalde categorieën van ruimtelijke en infrastructurele projecten

Deze categorieën van ruimtelijke en infrastructurele projecten zijn opgenomen in de bijlagen I en II bij de Chw.

In bijlage I bij de Chw staan deze projecten abstract omschreven. Het gaat om 13 hoofdcategorieën. Genoemd zijn onder andere de bouw van 11 of meer woningen op basis van een omgevingsvergunning voor de activiteit afwijken van een bestemmingsplan (cat. 3.1). En: de transformatie van langdurig leegstaande kantoren en industriële gebouwen naar andere gebruiksmogelijkheden (cat. 12.1).

In bijlage II bij de Chw worden daarnaast specifieke, concrete, projecten genoemd. Genoemd zijn onder andere de projecten ‘Hofbogen Rotterdam‘ en ‘Stadionpark Rotterdam‘ (met het bekende ‘Feyenoord City‘, dat overigens niet als zodanig in bijlage II wordt genoemd).

Ad 2. Ontwikkelingsgebieden

De ontwikkelingsgebieden zijn geregeld in hoofdstuk 2, afdeling 1 van de Chw.

Ontwikkelingsgebieden zijn bestaande stedelijke gebieden, bestaande bedrijventerreinen of gebied ter uitbreiding van de haven van Rotterdam die bij wijze van experiment voor de duur van tien jaar als zodanig zijn aangewezen bij amvb.

De bedoelde amvb is het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet (‘BuChw’).

In het BuChw zijn de ontwikkelingsgebieden aangewezen in art. 2, lid 1. Genoemd wordt o.a. het Havengebied Rotterdam, inclusief de Tweede Maasvlakte (art. 2, lid 1 sub r).

Ad 3. Projectuitvoeringsbesluiten

De projectuitvoeringsbesluiten zijn geregeld in afdeling 6 van hoofdstuk 2 van de Chw.

Een projectuitvoeringsbesluit vervangt (behoudens uitzonderingen) andere soorten toestemmingen zoals vergunningen, ontheffingen, vrijstellingen of anderszins (art. 2.10, lid 2 en 3 van de Chw). Voor zover een projectuitvoeringsbesluit in strijd is met een bestemmingsplan, geldt het als omgevingsvergunning voor de activiteit afwijken van een bestemmingsplan (art. 2.12 van de Chw).

Een projectuitvoeringsbesluit kan worden genomen ten aanzien van bepaalde projecten die zijn omschreven in art. 2.9 van de Chw. Het gaat o.a. om woningbouwprojecten met 1.500 (met één ontsluitingsweg) of 2.000 (met twee ontsluitingswegen) woningen, en om projecten van maatschappelijke betekenis die in paragraaf 4 van het BuChw zijn omschreven.

Vermelden van de afwijking

Het bevoegd gezag dient bij de bekendmaking van besluiten waarop afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Chw van toepassing is, te vermelden dat dat het geval is. Het dient daarbij ook te vermelden dat:

  • de (hoger)beroepsgronden in het (hoger)beroepschrift moeten worden opgenomen,
  • het (hoger) beroep niet-ontvankelijk wordt verklaard, indien binnen de (hoger)beroepstermijn geen gronden zijn ingediend, en
  • deze na afloop van de (hoger)beroepstermijn niet meer kunnen worden aangevuld.

(zie artt. 11 en 12 van het BuChw).


Ga naar:
vorige hoofdstuk
inhoudsopgave