Netflix roert zich hevig op het vlak van de justitiële dwalingen en rechtspsychologie. Eerst hadden we de serie Making a murder. Die ging over een controversiële veroordeling van twee personen wegens moord. Beiden zitten nog altijd vast, ondanks hevig verzet tegen hun veroordeling. En nu is er de serie When they see us. Deze gaat over de veroordeling van vijf jongens wegens een verkrachting. Alle vijf zijn, na het al dan niet gedeeltelijke uitzitten van hun straf, later alsnog vrijgesproken. De series halen onze herinnering naar boven aan het vak Rechtspsychologie. Een obscuur keuzevak dat wij in de jaren 90 van de vorige eeuw volgden aan de universiteit.
Veel boeken en artikelen over conflicten gaan over de oplossing ervan. De onuitgesproken onderliggende gedachte daarbij is: van een conflict wil je – natuurlijk – zo snel mogelijk af. Wat dat betreft lijken conflicten erg op ziektes. Maar als dat inderdaad zo is, en conflicten lijken op ziektes, hoe zit het dan met het fenomeen ‘ziektewinst’? Bestaat er zoiets als ‘conflictwinst’?
Minister Dekker wil het stelsel van de van overheidswege gefinancierde rechtsbijstand herzien. Hij pleit voor meer oplossingsgerichtheid in het recht. Los van de rechtsstatelijke discussie vragen wij ons af: hoe kan die oplossingsgerichtheid worden verwezenlijkt in het recht? En: kan het recht qua oplossingsgerichtheid iets leren van de psychologie?
Sinds het verschijnen van het boek ‘Getting to yes‘ van Roger Fisher en William Ury in 1981, wordt onderhandelen door velen benaderd als een overwegend rationeel proces. Tot de sociale wetenschappen dringt de laatste tijd echter steeds meer het besef door dat mensen helemaal niet rationeel zijn. ‘FBI hostage negotiator’ Chris Voss rekent in zijn boek ‘Never split the difference’ dan ook af met de rationele benadering van onderhandelen.
In de motivationele psychologie is veel onderzoek gedaan naar beïnvloeding. Bekend is Robert Cialdini. Hij combineerde experimenteel onderzoek naar beïnvloeding met veldwerk. Zo dompelde hij zich onder in de wereld van de beïnvloedingsexperts: zakenlui, reclamemakers en fondsenwervers. Er blijken vele technieken te bestaan om mensen te motiveren tot bepaald gedrag (kopen!). Deze zijn gebaseerd op onderliggende psychologische mechanismen. We bespreken 4 technieken voor beïnvloeding in deze blog.
Enkele weken geleden heeft de Rechtspraak de stekker uit het digitaliseringsproject Kwaliteit en Innovatie (KEI) getrokken. Het wordt alom gezien als een falen van betrokkenen. Maar is dat wel terecht? Geeft de Rechtspraak met de beslissing om het project stop te zetten niet veeleer blijk van rationele vermogens? Het komt immers niet zelden voor dat men zich in de wereld van de grote projecten (ICT, infra, bouw) laat leiden door een bekende waan, de ‘sunk-cost fallacy’…
Iedere advocaat kent ze wel, de cliënten die ‘koste wat het kost’ een rechtszaak willen aanspannen. Ongeacht de (financiële) schade die zij er zelf door zullen lijden. Kennelijk maakt gevoel voor rechtvaardigheid irrationeel. Wat is het toch, dat mensen zoveel belang hechten aan rechtvaardigheid?
De gebiedsontwikkeling Feyenoord City (Stadionpark) is een prachtige ‘casestudy’. Voor omgevingsjuristen gebeurt er veel leuks (milieu, MER, grondposities, planprocedures, etc.). En ook voor motivationeel psychologen gebeurt er veel … eh … interessants… De titel van deze blog heeft betrekking op het laatste. In motivationeel opzicht gaat er namelijk veel mis aan de Maas…
We lazen onlangs een klaagzang over het gebrek aan participatie rond een bouwproject. Het betreffende artikel gaat over Feyenoord City, maar is tekenend voor wat er in zijn algemeenheid wel vaker misgaat bij participatie. Ook bij andere projecten. Wat kunnen we leren uit de Feyenoord City casus?
In 2002 ging de Nobelprijs voor de economie naar een psycholoog. Daarmee ruimde de rationeel gedachte homo economicus plaats in voor een irrationele actor. Jammer voor de economie en haar rationele modellen. Voor juristen roept het de vraag op: hoe rationeel is men eigenlijk in het recht?